Doorzoek de community

Misschien wel fijn om te weten. Er zijn nogal wat vragen omtrent kledingstoffen(Gebruikt bij defensie o,a)De eventueel te gebruiken LINK staat onderaan dit artikelDe voor en nadelen en verdre eigenschappen. We onderscheiden 2 verschillende technieken: hoogfrequent lassen en ultrasoon lassen. 2.3.1.1. Hoogfrequent lassen Omwille van het werkingsprincipe is het hoogfrequent lassen enkel geschikt voor kunststoffen met moleculen die een uitgesproken dipoolkarakter vertonen, zoals PVC, PET, EVA. Het hoogfrequent lassen wordt mogelijk door het geleiden van elektrische energie onder de vorm van een radiofrequent veld naar de 2 oppervlakken die met elkaar moeten verbonden worden. Men bekomt een lasnaad met dezelfde sterkte als het materiaal zelf. Toepassingen in de confectie: lassen van kunststof textiel tot onder andere zonnewering, tenten, dekzeilen, reclamedoeken, zeildoeken, regenkledij, chemische kledij … 2.3.1.2. U ltrasoon lassen Het menselijk oor hoort trillingen tussen 16 Hz en 16.000 Hz. Men spreekt van ultrasone trillingen wanneer de vibratie een frequentie heeft groter dan 16 KHz. Ultrasoon lassen wordt vooral toegepast bij filterzakken, medische artikelen, kussens, kogelwerende vesten, outdoor kleding, douchegordijnen, autohoezen en in mindere mate bij beschermkleding en lingerie. 2.3.2. Getapete naden Door het stikken van naden ontstaan er kleine gaatjes door de machinenaalden. Deze gaatjes zijn weliswaar klein, maar kunnen lekken veroorzaken. Daarom worden de naden getapet (afgeplakt) door het aanbrengen van een verwarmde (polyurethaan-) tape aan de binnenzijde. Tapebare substraten zijn te onderscheiden in een 2-laags en een 3-laags uitvoering. De 2-laags (bi-laminaat) zijn te herkennen aan een meestal wit membraan aan de binnenkant. De 3-laagse systemen . (tri-laminaat) hebben bovenop dit membraan nog een weefsel of . breisel kleven, waardoor dit membraan beschermd is tegen wrijving. Elk van deze systemen vereist een verschillend soort tape. Voordelen: - zeer sterke naad door de combinatie van stiksel(s) en tape - zeer goede waterdichte en luchtdichte eigenschappen (indien op de correcte manier aangebracht) - naden zijn demonteerbaar Nadelen: - de naad is zeer stijf en volumineus - de tape kan zich aan de rechterkant van de stof aftekenen naast de naad (door de combinatie van druk en warmte om de tape aan te brengen) - de oplosmiddelen in wasverzachters kunnen het membraan aantasten - tape kan na verloop van tijd door intensief gebruik soms loskomen van het membraan 2.3.3. Resultaten Een regenjasje zonder voering werd uitgevoerd met gestikte naden en ultrasoon gelaste naden. Het model heeft geen zijnaden, enkel twee raglannaden op borst en rug en een rits in middenvoor. De rits is bij beide uitvoeringen ingestikt omdat lassen hier niet mogelijk bleek. De rugpartij is verlengd om de drager beter tegen regen en wind te beschermen op de fiets. In de zoom en de mouwboorden zit een elastiek. Bij de gestikte jas werd steektype 504 (rolzoom) gebruikt met een naadwaarde van 3 mm, een polyester garen van 150 dtex en 10 steken per cm met een fijne naald. De gelaste jas heeft een naadwaarde van minder dan 1 mm. Opnieuw zien we weinig verschil in isolatie tussen beide jassen. Het substraat is immers voorzien van een coating. De waterdampdoorlaatbaarheid loopt eveneens gelijk, al zijn de resultaten bij de gelaste versie iets beter op de heupen en op de rug. 3. CON CLUSIE Naast de keuze van het substraat, zijn ook verschillende confectietechnische parameters verantwoordelijk voor het thermofysiomogisch comfort van beschermkleding. Al is het ook niet altijd even duidelijk hoe het meest comfortabele kledingstuk eruit moet zien. Een aan het lichaam aangepaste pasvorm met weinig overwijdte is belangrijk om het lichaamsvocht snel af te voeren, terwijl een jas die iets ruimer zit veel beter gaat isoleren door de grotere luchtlagen tussen het textiel en het lichaam. De keuze tussen gestikte, gelaste en getapete naden is vooral belangrijk om de regen buiten het kledingstuk te houden en niet zozeer om een aangenamer binnencomfort te verkrijgen. Niet het aantal ventilatieopeningen, maar wel de plaats ervan is bepalend voor een optimale ventilatie. Algemeen kunnen we wel stellen dat het isolerend vermogen van een kledingstuk afneemt naarmate men meer beweegt. Stilstaande lucht is nog steeds de beste isolator. Bij beweging van het lichaam gaat de lucht in het kledingstuk ook bewegen waardoor turbulente luchtstromen ontstaan. Hierdoor neemt de warmteafgifte toe. Anderzijds is bewegen wel bevorderlijk voor het verdampen van transpiratievocht. Hoe meer men echter beweegt, hoe meer vocht er geproduceerd wordt. Hier is het belangrijk te weten dat er grenzen zijn, hoe ‘ademend’ het substraat ook is. Bij zeer zware inspanningen kan een microporeus membraan de vochtafvoer niet alleen aan. In dit geval kunnen openingen in het ontwerp soelaas bieden. Binnen het TETRA-project COMFORTEX – Thermofysiologisch modelleren van actieve kledij voor werk, bescherming en sport wordt de impact van de verschillende parameters (materialen, model, pasvorm en assemblagetechniek) op het integrale draagcomfort kwantitatief bepaald. Cordura is een bijzonder duurzame en slijtvaste stof van 100% nylon, die vooral gebruiktwordt voor de versteviging van zakken en knie-, schouder- en armstukken. Destof is 10 keer sterker dan katoen en 3 keer sterker dan een gewone polyestervezel. Het is vuilafstotend, extreem sterk maar toch zacht en licht. Mijn Trilaminaat bestaat uit KAT/PES PTFE/PA dit is KATOEN/ POLYESTHER GORETEX/POLYAMIDE En hoe brandgevaarlijk zijn sommige stoffen ??? Stof: Brandgevaar: Wol: Wol heeft een ontstekingstemperatuur van 570 graden en is daarmee redelijk brandveilig. In combinatie met andere stoffen zoals nylon of polyester wordt wol makkelijker ontvlambaar. Polyester: Polyester heeft een ontstekingstemperatuur van 485 graden en is moeilijk ontvlambaar tenzij deze wordt gecombineerd met andere stoffen. Polyester heeft een smelttemperatuur van 250 graden en gaat gepaard met een sterke rookontwikkeling. Aramide: Aramide is een zeer brandveilige stof die moeilijk ontvlambaar is met een smelttemperatuur van boven de 316 graden. Word verwerkt in oa kogelwerende\scherfwerende vesten> Modacryl: Ook Modacryl is moeilijk ontvlambaar maar heeft een lager smeltpunt van 160 graden. Polyamide: Polyamide (ook wel bekend als nylon) heeft een ontstekingstemperatuur van 485 graden en een smelttemperatuur van 215 graden. Hiermee wordt het gezien als een moeilijk ontvlambare stof. Viscose: Viscose is een makkelijk ontvlambare stof met een ontstekingstemperatuur van 420 graden. Polypropeen: Polypropeen is ook een makkelijk ontvlambare stof met weliswaar een hoge ontstekingstemperatuur van 570 graden maar een zeer lage smelttemperatuur van 164 graden. Polypropeen veroorzaakt brandende druppels. Katoen: Ook katoen is een makkelijk ontvlambare stof met een ontstekingstemperatuur van 400 graden. Katoen smelt niet. Polyacril: Polyacril is makkelijk ontvlambaar. Het heeft een ontstekingstemperatuur van 465 graden en smelt bij 250 graden Linnen: Linnen wordt gezien als een gemakkelijk ontvlambare stof. Voor kleding in het algemeen geld dat des te strakker de kleding om het lichaam zit, des te moeilijker een brand zich kan voortplanten. Bij losjes zittende kleding komt makkelijker zuurstof bij de brandhaard waardoor het vuur zich sneller verspreid. In geval van brandende kleding is het zaak dat het slachtoffer op de grond gaat liggen en gaat rollen. Hierdoor wordt zuurstof weggenomen bij de brand waardoor deze dooft. Ga nooit rennen, dit wakkert de vlammen aan! De brandbaarheid van kleding en attributen is te verminderen door het te behandelen met een brandvertragend middel. http://pure.hogent.be/portal/files/9074625/20110601_veiligheidsnieuws_vn171_beschermkledij.pdf[/url]